Je kindje
In een razendsnel tempo gaat de ontwikkeling van je kindje door. Tot nog toe was het kindje eigenlijk een slap vormpje, maar deze week ontstaat het begin van het skelet. Het bevat nog geen bot, maar kraakbeen. Over een paar weken ontstaan de echte botcellen. De hersentjes beginnen nu al te functioneren en het hartje klopt ongeveer zestig keer per minuut, het maagje produceert maagsappen en de lever maakt bloedcellen aan.
De vingertjes beginnen zich nu ook te vormen, maar zitten nog wel met de huid als een soort zwemvliesjes aan elkaar. Je kindje ontwikkelt zich nu zo snel en er gebeuren zoveel belangrijke dingen dat dit je kindje heel kwetsbaar maakt. Daarom is het juist in deze periode zo belangrijk dat er geen schadelijke stoffen zoals alcohol en nicotine bij je kindje komen.
Jij
Misschien popel je om aan iedereen het grote nieuws te vertellen, misschien hou je het liever nog even geheim tussen jou en je partner. Dat is jullie persoonlijke keuze. Als je het vroeg vertelt heb je het voordeel dat mensen nu al met je mee kunnen leven en dat is wel zo prettig. Vooral als je je allerbelabberdst voelt. Je kunt dan waarschijnlijk ook op wat meer begrip rekenen als je verstek laat gaan op feestjes of je je ziek meldt op je werk.
Wel bestaat er nog altijd een kans dat het misgaat en niet iedereen vindt het prettig als anderen daarvan op de hoogte zijn. Aan de andere kant: ook dan kun je waarschijnlijk wel wat medeleven gebruiken. Heb je het gevoel dat je voorzichtig aan wilt doen uit angst voor een miskraam? Vergis je niet; hoe klein en kwetsbaar het vruchtje ook is, het zit stevig verankerd in je baarmoeder. Het laat echt niet zomaar los tijdens het sporten of vrijen.
Een miskraam is meestal het gevolg van een aanlegfout. Dat komt bij één op de acht tot tien zwangerschappen voor. Niks aan te doen, zelfs al had je alle weken plat gelegen. Vaak is het vruchtje al gestorven voordat het bloeden begint. Soms is er zelfs helemaal geen vrucht, alleen een vruchtzakje (windei).
Bloedverlies
Je hoeft trouwens niet altijd te schrikken van bloedverlies. Door dat je baarmoedermond nu sterk doorbloed is, kan er makkelijk een klein bloedvaatje knappen, waardoor je een paar druppels bloed verliest of wat gekleurde afscheiding hebt. Maar als je dit vaker hebt of als je je zorgen maakt, neem dan contact op met je verloskundige of arts.
Heb je vaak last van bloedverlies of maak je je zorgen, neem dan contact op met je verloskundige of arts.
Eerste bezoek aan de verloskundige
Tussen de achtste en tiende week plannen de meeste verloskundigen het eerste bezoek. Vooral de eerste keer heeft de verloskundige extra tijd voor je omdat je een heleboel vragen moet beantwoorden. Zo zal ze onder meer vragen stellen over eventuele eerdere zwangerschappen, erfelijke ziektes in jouw familie of in de familie van je partner, of één van jullie beiden medicijnen slikt en welke ziektes jullie hebben gehad. Omdat er dus ook vragen gesteld worden over de gezondheid van je partner is het handig om de eerste keer in ieder geval samen te gaan.
Ook zal de verloskundige je lichamelijk onderzoeken, je bloeddruk meten, je bloed (laten) onderzoeken en je buik voelen. De verloskundige zal prenatale screening met je bespreken. Bijvoorbeeld: de combinatietest of de NIPT, een bloedonderzoek tussen de 9 en 14 weken zwangerschap en bij de combinatietest ook een nekplooimeting tussen de elfde en veertiende week. Met de uitslag wordt de kans berekend op een kind met het syndroom van Down.
